Vrachtwagenheffing ook door Eerste Kamer, ‘meer geld voor transitie nodig’

Op die manier wordt betaald voor het gebruik van de weg. De netto-opbrengst van de heffing wordt geïnvesteerd in verduurzaming en innovatie van de vervoerssector. De opbrengsten worden in overleg met evofenedex, TLN en Vern ingezet voor slim en schoon vrachtverkeer.

Realisatie vrachtwagenheffing

Nu het wetsvoorstel is aangenomen, ligt de weg open om te starten met de realisatie. De werkzaamheden in de realisatiefase nemen circa vier jaar in beslag. Deze werkzaamheden omvatten onder meer het verrichten van aanbestedingen, het bouwen, integreren en testen van ICT-systemen, het inrichten van de uitvoeringsorganisatie- en ketensamenwerking, het contracteren en accrediteren van dienstaanbieders, het voorlichten van gebruikers en de uitwerking van de terugsluis voor verduurzaming en innovatie. Voorts worden de tarieven gebaseerd op de CO2-uitstoot van het voertuig.

Vrachtwagenheffing

Wat houdt de vrachtwagenheffing in? En waarom wordt deze belasting ingevoerd? Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft het op een rijtje gezet.

In maart dit jaar werd de Wet vrachtwagenheffing al aangenomen door de Tweede Kamer. Nu ook de Eerste Kamer heeft ingestemd, kan gewerkt worden aan de invoering. Die invoering wordt nu voorzien in 2026 – twee jaar later dan gepland. Daardoor dreigt ook de verduurzamingsopgave van de transportsector vertraging op te lopen, aldus de eerdergenoemde brancheorganisaties evofenedex, TLN en Vern, evenals RAI Vereniging. Zij dringen er daarom op aan dat de middelen voor innovatie en verduurzaming eerder beschikbaar komen. Het voorfinancieren moet ervoor zorgen dat de investeringen in elektrische voertuigen niet stilvallen en de klimaatdoelen voor 2030 gerealiseerd kunnen worden. 

Voorfinanciering voor zero-emissietransitie

“Om de transitie naar zero-emissie vanaf 2024 veilig te stellen is het belangrijk dat de voorfinanciering er eerder komt”, zegt bestuursvoorzitter Elisabeth Post. “Anders gaan we de Klimaatdoelen voor 2030 pertinent niet halen.” De Tweede Kamer deelt het standpunt van de brancheorganisaties.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding

Bekijk de aanbieding

Auteur: Redactie